Het thema energie en klimaatmitigatie heeft betrekking op het energiegebruik en op de broeikasgas -emissies die daarmee gepaard gaan in de verschillende levensfasen van een object of systeem, van aanleg tot en met sloop/demontage en het operationele energiegebruik van infrastructuur (inclusief de openbare ruimte). Om de (inter)nationale doelstellingen op het gebied van energie en klimaat te behalen en tot een fossielvrije, klimaatneutrale infrastructuur te komen is een energietransitie noodzakelijk.
De Trias Energetica geeft aan hoe we onze energievraag en ons energieaanbod inclusief de bijbehorende CO2-emissies hierop kunnen aanpassen:
- De energievraag te beperken, te voorkomen
- Zoveel mogelijk duurzaam opgewekte energie te gebruiken en
- Fossiele energiebronnen vervangen door schone, duurzame energiebronnen en/ of zo efficiënt mogelijk te benutten
Scope
Onder het thema Energie en Klimaatmitigatie valt het energiegebruik en de CO2-emissies door installaties in de aanleg- en gebruiksfase én het gebruik van energie & brandstoffen tijdens de bouwfase van het project (bouwlogistiek en bouwproces), overeenkomend met de modules A4 en A5 uit de levenscyclusanalyse.
De zogenaamde ‘embedded’ CO2-(en andere MKI-)emissies, de emissies die veroorzaakt worden tijdens de levenscyclus van materialen, van winning tot en met einde levensduur, worden gerekend onder het thema circulariteit en Materialen. Dit betreft de fasen A1-3, B, C en D.
Energiegebruik van het aan te leggen, vernieuwen of te onderhouden object of systeem, over de levensduur van het systeem. Dat is enerzijds het energieverbruik voor de aanleg van het systeem en de beheer- en onderhoudswerkzaamheden van het systeem (materieel zoals transport, mobiele werktuigen etc.). Maar ook het energiegebruik van installaties (verlichting, klimaatbeheersing, ventilatie etc.)
Mate waarin het systeem zelf energie levert d.m.v. hernieuwbare, duurzame energiebronnen geïntegreerd in systeem/ object/ project (bijvoorbeeld via zonnepanelen). Inzet hernieuwbare energiebronnen voor energieverbruik in de gebruiksfase, tijdens aanleg én onderhoud/ sloop.
De mate waarin er in het project gedurende de levensduur van de infra-objecten CO2 wordt vastgelegd of opgeslagen in de constructie en/of in gewassen, bij voorkeur binnen de projectgrenzen. Bijv. het gebruik van biobased materialen en andere CO2-opnemende materialen, of voorkomen van CO2-uitstoot vanuit de bodem door bijvoorbeeld hogere waterpeilen in veenweidegebieden
De uitstoot van CO2eq (o.a. methaan en lachgas) vanuit andere processen, zoals vergisting in waterzuiveringsinstallaties of vanuit bijvoorbeeld veengebieden bij bodemroering.
De Omgevingswijzer helpt om op een systematische wijze de duurzaamheid van projecten en gebiedsontwikkelingen inzichtelijk te maken.
